Christian Horner deelt steekt uit aan oude rivaal Cyril Abiteboul: “Ik krijg bijna sympathie voor hem nu ik dit weet”

Red Bull Content Pool
Red Bull Content Pool

Red Bull-teambaas Christian Horner heeft gereageerd op het vooruitzicht dat Renault zich terugtrekt als motorleverancier in de Formule 1. Horner vindt het jammer dat Renault als motorleverancier stopt, ook al lag hij jarenlang overhoop met de Franse constructeur.

Renault en Red Bull beleefden jarenlang mooie tijden, toch toen Sebastian Vettel vier keer wereldkampioen werd, maar enkele jaren geleden kwam het tot een bitse strijd tussen Red Bull en Renault dat destijds motoren leverde aan Red Bull. Red Bull wou zelfs weg bij Renault omdat de performance van de motoren sinds de introductie van de V6-hybridemotoren ondermaats was

Omdat het echter geen andere motoren vond moest het in 2016 alsnog terugkeren naar Renault, al werden de motoren wel TAG Heuer-motoren genoemd. In 2018 kwam het echter toch tot een veelbesproken breuk. De onderlinge strijd en vele woordenwisselingen tussen Christian Horner en Renault-motorsportbaas Cyril Abiteboul vormden zelfs een rode draad doorheen het eerste seizoen van de populaire Netflix-serie ‘Drive to Survive’.

Desondanks vindt Christian Horner het jammer dat Renault zich in de Formule 1 zal terugtrekken als motorleverancier en enkel nog zal deelnemen met haar Alpine F1-team dat dan vanaf 2026 zelf met motoren van een andere motorleverancier zal rijden.

“Het is altijd jammer om een motorleverancier te zien vertrekken,” vertelde Christian Horner op het circuit van Spa-Francorchamps tijdens het raceweekend van de GP van België. “Viry-Châtillon (waar Renault haar motoren produceert) is veel, veel jaren betrokken bij de Formule 1 en ik begrijp dat ze andere projecten hebben waarbij ze betrokken zijn.”

“Ze hebben ons vele jaren van motoren voorzien, dus we kennen daar veel mensen en ik wens hen het allerbeste voor de toekomst.”

Met Red Bull Powertrains zal Red Bull in samenwerking met Ford zelf vanaf 2026 motoren bouwen. Daarbij zullen er in eerste instantie motoren geleverd worden aan de eigen twee teams maar volgens Horner staan ze er voor open om in een latere fase ook andere teams van motoren te voorzien, al moet er dan wel iets veranderen aan de regels.

“Verschillende partijen hebben ons al benaderd, sommige teams tasten af wie de meest competitieve motor krijgt. Onze focus ligt momenteel echter volledig op de twee Red Bull-teams omdat we eerst willen leren lopen voor we gaan rennen,” zei Horner eerder daarover. “Mocht er later misschien iets komen dan staan we open voor de juiste partner. Met de faciliteiten die we hier hebben kunnen we vier teams van motoren voorzien. Wat de levering betreft is er geen probleem.”

Horner deelde ook nog een steek uit aan Cyril Abiteboul, waarmee hij destijds vaak overhoop lag. Horner vindt immers dat er iets gedaan moet worden aan de prijzen die je als motorleverancier mag aanrekenen aan een ‘klantenteam’ dat motoren van je afneemt.

“Met de prijzen die de FIA hanteert zou het leveren van een klantenmotor zelfs verlieslatend zijn. Ik krijg bijna sympathie voor Cyril Abiteboul,” grapt Horner.

Feit is inderdaad wel dat het ongelooflijk veel geld kost om een F1-motor te ontwikkelen en dat de kostprijs om een F1-motor af te nemen veel goedkoper is. Daarover zei Alpine-teambaas Bruno Famin nog het volgende: “120 miljoen of 17 miljoen voor een F1-motor? Dan is de keuze snel gemaakt!”