Carlos Sainz onthult ‘vreemd moment’ met Sergio Perez na crash: “Plots zaten we daar naast elkaar”

Ferrari
Ferrari

Na de veelbesproken crash tussen Carlos Sainz en Sergio Perez kwam het op het medisch centrum tot een volgens Sainz bevreemdende ontmoeting tussen beide rijders.

Meteen na de crash was Sergio Perez furieus en zocht hij Carlos Sainz op om verhaal te gaan halen, hij vond dat Sainz de schuldige was. Perez haalde verbaal uit naar Sainz maar die zegt dat hij niet echt weet wat Perez heeft gezegd.

“Eerlijk gezegd, ik kan het me niet herinneren of hij mijn helm heeft aangeraakt of niet,” aldus Sainz in Singapore. “Ik neem altijd wat tijd om uit de wagen te gaan, ik moet al mijn veiligheidsgordels immers losmaken. Ik neem altijd mijn tijd en ik denk dat hij die tijd gebruikte om geïrriteerd naar mij toe te komen en iets te zeggen wat ik overigens niet kon horen.”

Na de zware crash moesten Carlos Sainz en Sergio Perez naar het medisch centrum op het Baku City Circuit. Allebei ondergingen ze een medische controle, die trouwens succesvol werd doorstaan, maar ze kwamen er ook elkaar tegen en dat zorgde toch wel voor een vreemd moment.

“We bespraken het nadien, we zaten op een ongemakkelijke manier gedurende zo’n twintig minuten in het medisch centrum naast elkaar, waar we allebei aan de hartmonitor hingen en onze vitale waarden gecontroleerd werden,” aldus Sainz. “We keken naar elkaar en zegden, ‘gast, wat is er daar verdomme gebeurd?’ En we zeiden, ‘Ik weet het eigenlijk niet, maar ik kan je wel zeggen dat ik jou niets bewust heb aangedaan, ik heb je niet afgesneden’.”

“We hadden dit gesprek en probeerden te analyseren wat er was gebeurd en we waren het erover eens dat deze sport soms gewoon ‘klote’ is. Hoe kon het dat we daar samen zaten en niet samen op het podium stonden?”

“We hadden een podiumplaats. Charles zat volledig door zijn harde banden. We gingen normaal hem allebei inhalen, we zaten daar allebei van ‘hoe is dit kunnen gebeuren, dat we niet op het podium staan?’.”

“Uiteindelijk grapten we erover, we koesteren geen wrok tegenover elkaar.”