Na afloop van de GP van Monaco moest Carlos Sainz tevreden zijn met een derde plaats op het podium. Sainz gaf echter toe dat hij tijdens de race enkele keren in de verleiding kwam om eventueel een ‘alles of niets-manoeuvre’ te doen op Piastri.

“Ik kwam enkele keren in de verleiding maar na de eerste ronde, en wetende dat Monaco een beetje ‘alles of niets’ is, je weet dat wanneer je voor een manoeuvre gaat dat er dan waarschijnlijk contact tussen twee wagens zal volgen en mogelijk ook een opgave voor beide wagens,” aldus Sainz.

“Ik had het gevoel dat er te veel te verliezen viel voor zowel Oscar als mezelf en het team. Zo is Monaco helaas.”

“Ik had mijn opportuniteiten en kwam meermaals in de verleiding, zowel tijdens de eerste vijftien ronden als de laatste tien ronden, maar er was nooit een zuivere kans waarbij ik zag hoe we zonder contact uit de bocht zouden geraken. Dus tja, ik wist al op vrijdag dat mijn racesnelheid goed zou zijn.”

“Op het vlak van racesnelheid was ik op vrijdag de snelste. Opnieuw nu, toen ik mijn racesnelheid kon tonen, was ik zeer, zeer goed. Maar Monaco draait rond je positie op de baan en die strijd met Oscar verloren we op zaterdag al.”

Sainz beseft echter ook dat hij ook geluk heeft gehad want na contact met Piastri in de eerste bocht bij de start kreeg Sainz een lekke band en ging hij even later rechtdoor. De rode vlag zorgde er echter voor dat hij bij de herstart opnieuw van op P3 aan de race mocht beginnen.

“Wanneer je de band ziet dan was het zo’n enorm kleine beschadiging die veroorzaakt werd door het contact, er was geen probleem met de wagen, geen schade,” aldus Sainz. “Het was één van de kleinste contacten die er mogelijk zijn. We hadden sowieso wat pech met die lekke band, maar tegelijkertijd ook geluk om onze positie terug te krijgen.”

“Vanaf dan was het een nieuwe race en kregen we kansen maar er kwam nooit een zuivere mogelijkheid om te proberen inhalen.”