David Coulthard maakte afgelopen weekend zijn debuut in de DTM. Hij eindigde als twaalfde in de race die werd gewonnen door McLaren-testrijder Gary Paffett.
Ondanks eerdere zorgen vooraf in verband met het starten van zo’n wagen, geraakte Coulthard toch degelijk weg, en een goed tempo bezorgde hem een mooie 12de plaats.
Des te opvallender was dat zijn deur los begon te komen, wat hem enkele seconden vertraging opleverde tijdens zijn tweede pitstop, toen de monteurs gele plakband aanbrachten.

Vooraf liet de Schot al blijken niet de illusie te hebben direct vooraan te kunnen strijden. “Veel coureurs uit de Formule 1 hebben zich stukgebeten op toerwagenklasses”, zegt Coulthard. “Iedere raceklasse is uniek. De basis is wel gelijk, maar de variaties maken het een heel andere tak van sport. Je kunt het vergelijken met racketsporten. Roger Federer is goed in tennis, maar dat maakt hem nog geen kanshebber in squash of tafeltennis.”

Coulthard “Het helpt dat ik goed heb kunnen testen. En het was fijn om in Hockenheim te beginnen, aangezien ik dat circuit goed ken. Verder hoop ik onderweg veel te leren. Iedere nieuwe auto vergt enige gewenning. Het is een avontuur om alles opnieuw uit te vinden. Maar het ergste dat kan gebeuren is dat ik achteraan eindig.”

De immer aimabele Coulthard wil met zijn aanwezigheid in de toerwagenklasse ook de boodschap van de stichting Wings For Life uitdragen, hetgeen hij reeds meerdere malen deed bij Red Bull Racing F1.

Dat hij voor Mercedes uitkomt, terwijl Red Bull juist sponsor is van Audi, is volgens Coulthard eenvoudig te verklaren. “Natuurlijk heb ik nauwe banden met Red Bull, maar ik heb ook een rijke geschiedenis met Mercedes. Zij hebben me een geweldige kans gegeven en die grijp ik met beide handen aan.”
Het is in dat opzicht ook grappig dat hij wel nog gewoon in zijn Red Bull racepak in de wagen kruipt.

a:1:{s:9:”file_name”;s:18:”2010-04-25-055.jpg”;}
Gewoon nieuwsitem
a:0:{}