De voorbije weken was er veel te doen rond het verbod van de FIA wat betreft ‘politieke statements’. De FIA heeft vandaag verduidelijkt wat er wel en niet mag tijdens een raceweekend.

De FIA heeft vandaag een document naar de F1-teams gestuurd waarin er sprake is van een ‘Guidance on the Principle of Neutrality (Artikel 12.2.1.n van de ISC)’. De verstrekte richtlijnen moeten een verduidelijking zijn en eventuele discussies in de toekomst vermijden. Daarnaast is er ook sprake van wanneer er eventueel bestraft kan worden.

In het document verduidelijkt de FIA dat er geen algemeen verbod is wat betreft het delen van persoonlijke meningen en overtuigingen. Er zullen nog steeds momenten zijn waarop de rijders ‘hun mening mogen uiten wat betreft politieke, religieuze of persoonlijke kwesties’ en dit voor, tijdens en na de internationale competitie die plaatsvindt.

Daarnaast mogen ze dat ook tijdens hun eigen tijd en buiten de reikwijdte van de internationale competitie. Daaronder worden onder andere posts op sociale media, interviews aan diverse media en FIA-persconferenties verstaan.

Tijdens de rijdersparade, het volkslied, foto’s met de andere rijders voor en na het seizoen en op het podium is het niet de bedoeling dat er dergelijke statements gemaakt worden. De FIA benadrukt ook dat het maken van handgebaren en dragen van bepaalde kleding daar ook onder valt.

Er moet volgens de FIA een neutrale houding aangenomen worden, tenzij bijvoorbeeld een journalist een vraag over politiek stelt. Mochten de regels niet gerespecteerd worden dan kan een rijder bestraft worden.