Renault, die nog steeds de motor van Red Bull voorziet onder de naam TagHeuer, meldt dat Red Bull kwetsbaar is doordat ze niet gekozen hebben om hun eigen motor te ontwikkelen.

In 2015 waren het drukke tijden voor Red Bull Racing. Het team wou de samenwerking met Renault stopzetten wegens de slechte prestaties van de Renault krachtbron. Het ging daarom aan de deur kloppen bij Mercedes, Ferrari en Honda, maar geen enkele motorleverancier was bereid om Red Bull te helpen. Uiteindelijk moest het terug naar Renault om in 2016 met een motor van de Franse motorleverancier onder de naam ‘TagHeuer’ rond te rijden.

Onlangs verklaarde Helmut Marko, adviseur bij Red Bull, nog dat het team de overweging nam om zelf een motor te ontwikkelen, maar het project aan de kant schoof door de complexiteit ervan.

Cyril Abiteboul, hoofd van Renault, vertelde tegenover Autosport het volgende: “De motorsituatie zorgde voor heel wat frustraties bij Red Bull. Bij Red Bull beseften ze hoe kwetsbaar ze waren. Ze zijn immers afhankelijk van de mogelijkheden van een motor van een externe motorleverancier. Ze hebben ervoor gekozen om een onafhankelijk team te zijn, zonder zelf de motor te ontwikkelen. Ze konden wat geld dat ze krijgen van de FOM gebruikt hebben om een motor te ontwikkelen, maar ze kozen om dat geld in het chassis en de rijders te steken. Daarom is Red Bull zo sterk op deze twee vlakken, maar is het kwetsbaar wat de motor betreft. Dat is het grote nadeel van hun aanpak.”

Christian Horner, teambaas bij Red Bull, is al lange tijd voorstander van een onafhankelijke motor in de Formule 1 en Abiteboul kan de gedachtengang van Horner goed volgen.

“Wat Red Bull wil, dat is een competitieve motor. Hun enige doel is om competitief te zijn. Niet morgen, niet de dag daarna, maar nu. Dus alles wat hen kan helpen, inclusief een motor van de FIA, zal erg welkom zijn.”
a:0:{}
Gewoon nieuwsitem
a:0:{}