Haas F1-rijder Nico Hulkenberg denkt dat het technische personeel in de F1 wel een maas in het net zal vinden als het gaat over de nieuwe regels voor 2026.
Binnen twee jaar begint de Formule 1 aan een nieuw tijdperk met nieuwe regels op gebied van aerodynamica en op motorisch vlak. De bolides zullen ook zo’n dertig kilogram lichter zijn en dat alles vormt vooral voor de ontwerpers een nieuwe uitdaging.
De komst van nieuwe regels betekent ook dat engineers van de teams op zoek gaan naar mazen in het net van de nieuwe regels en Nico Hulkenberg verwacht dat dit in 2026 niet anders zal zijn.
“Het is duidelijk dat teams veel geld investeren in infrastructuur, in mensen, om op de een of andere manier een verschil te maken,” zei hij. “Ze pushen dat en als de FIA dan het speelveld gelijk maakt, kun je niet veel doen, want het is natuurlijk moeilijk en het spreekt zichzelf op een bepaalde manier tegen.”
“Ik denk dat ingenieurs altijd wel een manier vinden. Er is zoveel creativiteit en na verloop van tijd werken ze met de regels en vinden ze een maas in het net en een gebied waar ze een voorsprong op iemand kunnen nemen en het kunnen optimaliseren.”
“Ik ben er sowieso vrij relaxed over, het is iets waar ik nul invloed op heb, geen macht, geen inspraak. Maar ik vertrouw op het proces. Ik vertrouw erop dat de FIA en de F1 het juiste zullen doen.”
Het elektrische deel van de power units wordt ook almaar belangrijker en Hulkenberg vindt dat dit ook noodzakelijk is voor de sport.
“Wel het is hybride, maar het is nog steeds 50/50. Dus we hebben nog steeds 50 procent verbrandingsmotor.”
“Ik denk dat de manier waarop de wereld de afgelopen vijf jaar of decennia is veranderd, onvermijdelijk was voor de F1.”
“Ze moesten hetzelfde doen, bij de tijd blijven, het verantwoorden, weet je, met de klimaatverandering, met al die dingen.”
“Ik denk dat het ook die kant op moest gaan. En 50/50 Is volgens mij nog steeds een gezonde verdeling, het laat nog steeds de deur open voor e-fuels en al deze dingen in de toekomst.”