Bij Red Bull draait het motorenprogramma op volle toeren om tegen 2026 op punt te staan, volgens teambaas Christian Horner begrijpen de mensen de omvang van zo’n project niet.

Momenteel gebruiken ze bij Red Bull en zusterteam AlphaTauri nog de krachtbronnen van Honda maar daar komt na het seizoen 2025 een einde aan. Vanaf 2026 komen er nieuwe reglementen op motorisch vlak en vanaf dan zal Red Bull aantreden met power units van eigen makelij met input van Ford, die vooral de batterijen en het hybridesysteem zal beslaan.

De motoren van Red Bull Power Trains (RBPT) worden geproduceerd op de thuisbasis van het team in Milton Keynes. Het is een risicovol project om een nagelnieuwe motor te produceren want de kans dat het misloopt bestaat natuurlijk altijd.

“Ja, dat is het leven, is het niet?,” aldus Christian Horner tegenover ‘Motorsport’ in Brazilië. “Aan alles komt een eind, je moet blijven evolueren.”

De beslissing om zelf motoren te gaan produceren kwam er na het nieuws dat Honda aan het einde van 2021 de stekker uit hun F1-project zou trekken. Ondertussen zijn de Japanners al op hun stappen teruggekeerd en zullen ze vanaf 2026 achterin de bolides van Aston Martin te vinden zijn.  

Buiten het feit dat het een enorme investering is voor Red Bull beseffen maar weinig mensen hoe omvangrijk de uitdaging is, aldus Horner.

“Op dit moment willen we niet dat dit seizoen stopt,” zei hij. “Maar 2026, dat is het volgende hoofdstuk voor ons en het is controle nemen over dat ene beetje variabele dat we hebben gehad.

“Ik denk niet dat mensen begrijpen hoe groot de uitdaging is die we zijn aangegaan voor 2026. Maar de manier waarop het team het aanpakt, is precies dezelfde als die we met het chassis hebben gedaan.”

“We hebben nog twee jaar te gaan, wat nog ver weg lijkt, maar we hebben nog zo’n 100 weken voordat we de pitstraat inrollen met een door Red Bull ontworpen en geproduceerde motor achterin de auto. Dus dat is zenuwslopend en opwindend tegelijk.”

“Maar we zijn op de goede weg. Er zijn geweldige mensen bij betrokken en we hebben een geweldige cultuur. We kijken ernaar uit, en ik kijk ernaar uit.”