George Russell vindt dat Formule 2-rijders onvoldoende voorbereid zijn op een carrière in de Formule 1.

De Formule 2 is nog steeds de klassieke weg naar een zitje in de Formule 1. George Russell is daar één van, hij werd kampioen in 2018 voor Lando Norris en Alex Albon en alle drie hebben ze hun weg naar de F1 gevonden het jaar nadien. Als we dit seizoen bekijken hebben we met Oscar Piatstri, Nyck de Vries en Logan Sargeant ook drie debutanten die recent nog in de F2 aan de slag waren.

Als George Russell terugkijkt op zijn nog relatief jonge carrière concludeert hij dat de overstap van de F2 naar de koningsklasse van de autosport een enorme schok was.

“Het is zeker en vast een enorme stap op het gebied van snelheid,” aldus Russell tegenover de verzamelde media. “Maar ik denk dat de grootste schok na mijn overstap naar de Formule 1 vooral op technisch vlak was.”

“Je krijgt te maken met zoveel data die je moet verwerken, het begrijpen van de banden, de banden voorbereiden, de oppervlaktetemperatuur,… . Allemaal dingen waar je in de F2 nooit mee te maken krijgt.” 

Met dat in het achterhoofd vraagt Russell zich af of het niet beter zou zijn als F2-rijders meer toegang hebben tot Formule 1-data.

“Ik heb gemengde gevoelens over het gebrek aan data in de F2, of dat nu goed is of niet,” voegde de Mercedes-rijder eraan toe.

“Maar ik denk dat ik graag zou zien dat die jongens de kans krijgen om enkele van de sensoren te hebben die we in de Formule 1 hebben, want we weten dat in de Formule 1 een rijder een halve seconde per ronde sneller kan zijn, puur door de banden in het juiste venster te krijgen of niet.

“In de Formule 2, met zo weinig tijd op de baan, zou ik niet zeggen dat je per se aan het gissen bent, maar je hebt niet echt de kans om te leren en precies te weten wat er nodig is voor elke situatie.

“Dus dat is zeker moeilijk voor F2-rijders,” besluit Russell.