GP Duitsland 1976 : Een keerpunt

Er valt een lichte regen. Voor de bloedhete, zinderende zomer van 1976 is 1 augustus een a-typsche dag. Officials bij de Grote Prijs van Duitsland stellen de start nu al een kwartier uit. Om brokstukken uit de annexraces te verwijderen van het circuit, luidde het officiëel. Of om te wachten tot de lichte regen zich verspreidt over de ganse 22 kilometers lengte van de oude Nurburgring. Een vooraf gestelde “regenrace” zou heel wat procedure-gedoe uitsparen tegenover een “droge” race die misschien binnen enkele rondes zou overgaan in een regenrace. De verkenningswagen is terug. Het is “go”. De Duitse Grote Prijs gaat van start als regenrace. Enkel Jochen Mass, publiekslieveling nummer 1, start op slicks. Op de eerste rij de challengers voor de wereldkroon: James Hunt en Niki Lauda.

Gedurende de seizoenen 1974 en 1975 had James Hunt zich onderscheiden door samen met het team rond de Engelse Lord Hesketh rechtstreeks vanuit de F3 een frontrunner in de F1 te worden. Na seizoen 1975 ging het team Hesketh financiëel ten onder en bestond de kans dat opstormend talent Hunt aan de kant zou moeten blijven. Hunt besloot een gok te wagen en wachtte af wat Emerson Fittipaldi zou gaan doen. Vaderlandsliefde won het bij Fittipaldi en hij startte het seizoen in het door de Braziliaanse staatsuikerbedrijf gesponsorde team van zijn broer Wilson. Fittipaldi dus naar “Copersucar” en James Hunt kon zich dadelijk verkopen bij McLaren. Eens de reglementsperikelen voorbij waren rond de McLaren M23 vestigde Hunt zich definitief als kanshebber op de wereldkroon.

Na 1966 was Ferrari echt wel aan het slabakken geraakt, op een dusdanige manier zelfs dat de inzet van Ferrari F1 wagens in sommige seizoenen echt zeer summier was. Met de verkoop aan het grote FIAT concern had Enzo zijn kleine bedrijf begin jaren 70 van de financiële verdrinkingsdood gered en de komst van de flegmatieke superster Niki Lauda luidde voor Ferrari weer een gouden tijdperk in. Overwinningen in 1974, de wereldtitel voor “King Rat” (Niki Lauda) in 1975. In 1976 werd op het elan doorgegaan maar McLaren en de nieuwe ster-in-wording James Hunt waren druk op weg het feest te verstoren. Na het aanvankelijke reglementair-politieke gekrakeel van het seizoensbegin (met disqualificaties en puntenherzieningen) was de setting er voor een echte “show down” in de groene hel : de 22 km lange hellerit op de Nurburgring. Lauda verafschuwde de Ring, Hunt “maakte het niets uit”.

Lauda mist zijn start maar ook Hunt laat zich verrassen en het is Regazonni die met de Ferrari aan kop gaat. Tot hij aan de brug van Aremberg voor de neus van het ganse veld rondspint en Hunt de kop overneemt. Ondertussen begint het de meeste rijders te dagen dat regenbanden niet de juiste optie zijn! Hunt remt dus aan het einde van de eerste ronde af richting pitbaan, gevolgde door quasi het gehele veld. Jochen Mass, gaat tot jolijt van 200.000 Duitsers als leider de tweede ronde in met een reusachtige voorsprong. Maar het lot beslist anders en de wedstrijd wordt in de tweede ronde stilgelegd. In het korte, licht oplopende rechte stuk tussen Ex-Muhle en Bergwerk, 10 kilometer in de tweede ronde is Lauda van de baan gegaan, het is chaos alom, de baan is er versperd.

Het is de enige opname die er van bestaat. een amateuropname. Lauda komt uit Ex-Muhle, positioneert zich voor de bocht naar Bergwerk. De Ferrari raakt even de binnenste curb en slaat dan geheel onverwacht de comleet tegengestelde richting in. Het gaat snel en oncorrigeerbaar. De Ferrari klapt tegen de oplopende graskant en stuitert weer op de baan. De benzinetanks vliegen in brand. Edwards komt achterop en ontwijkt de tollende Ferrari, Brett Lunger in de Shadow knalt er frontaal tegen. Een vuurzee, de baan is versperd. Een kleine gestalte komt aangelopen, het is Merzario. Samen met Lunger en Edwards trekt hij Lauda uit de brandende Ferrari. Ze staan tot aan de enkels in gesmolten plastic en brandende benzine. Lauda wordt op veilige afstand gelegd. De reddingswagen komt eraan. In het rijderskwartier worden de wagens startklaar gemaakt. “Licht gewond” klinkt er, “enkele kneuzingen maar hij is OK”. Het tweede deel van de race is Hunt goed weg, Mass haalt geen voordeel meer. Toch wordt de race spannend want het publiek ziet de eerste rechtstreekse confrontatie tussen de “conventionele” McLaren M23 van James Hunt en de zeswielige Tyrrell P34 van Jody Scheckter. Hoe spektaculair het duel ook is, Hunt loopt langzaamaan weg van de Tyrrell en sprokkelt een gezonde 30 seconden voorsprong bij elkaar aan de finish. Ondertussen is weer Merzario gecrasht en ook Peterson, op indrukwekkende wijze aan Flugplatz.

Lauda herinnert zich niets van het ongeval. Jaren later vertelt hij : “Soms nemen journalisten mij mee naar de betreffende plek. Ze willen weten wat ik erbij voel. Niets. Ik herinner mij niets van het ongeval. Mijn laatste herinnering is van de warm-up die middag. Bergwerk is gewoon een stuk circuit van de 22 km circuit op de Ring.” Eén week zweeft Lauda tussen leven en dood. Hij krijgt de laatste sacramenten toegediend, de sacramenten van de stervenden. Zware brandwonden aan gezicht en schedel, breuken aan het jukbeen en de kaak. Lauda is binnengebracht zonder helm. Pas later herinneren Merzario en Lunger zich : Lauda had reeds in de brandende auto geen helm aan. Die was van zijn hoofd gerukt bij de eerste impact. Dat verergerde de zaken want Lauda had onbeschermd de hete gassen ingeademd die vrijkwamen bij de brand : een chemicalién mengsel van brandstof en brandende plastic van de cockpit. Zijn longen zijn daardoor verbrand en vergiftigd. Zij nemen nog nauwelijks genoeg zuurstop op om hem in leven te houden. Des te verwonderlijk is de verschijning van een omzwachtelde Lauda, zes weken later in Monza. Hij rijdt er “zijn” Ferrari naar de 4de plaats. In zijn verduisterde kamer in Maranello wendt de Commendatore zijn blik van de tv af. Onverwacht was zijn terugkeer ook voor Ferrari blijkbaar. Zij hebben de GP van Oostenrijk overgeslagen maar hebben een 2de man gevonden voor de thuis GP in Monza : Carlos Reutemann. Met de terugkeer van Lauda zitten ze verveeld met een surplus aan rijders.

In meer dan één opzicht veranderde de GP van Duitsland in 1976 de loop van de F1 seizoenen. De oude Ring verdween uit de kalender om nooit meer terug te keren. Maanden later zal Lauda de handdoek werpen in de gietende regen aan Mount Fuji. Hunt haalt in een verwarrende race alsnog de derde plaats : hij is kampioen, met 1 punt voorsprong. “De idioot had in het ziekenhuis moeten blijven” denkt de Commendatore. Dat had alles gehad van een held. Crashen, overleven, en toch de morele winnaar zijn van het kampioenschap. Maar nu? Neen, nu heeft heel de wereld gezien hoe Lauda uitstapte, hoe een rijder van de Scuderia gewoon de titel opgaf. “Als je éénmaal in een oven gezeten hebt van 700 graden, dan neem je zulke risico’s niet meer”, zegt Lauda. Het zit de Commendatore hoog! Lauda vergeet dit ook niet! Hij behaalt het daaropvolgende jaar (1977) terug de wereldtitel maar neemt onmiddellijk zijn ontslag. Weer is Enzo Ferrari woest. Rijders gaan niet weg bij de Scuderia : ze worden ontslagen of ze verongelukken. Nooit eerder ging een rijder weg. Enzo Ferrari wil Lauda overreden maar de Oostenrijker noemt zulk hoog loon dat de Commendatore beledigd is. Bernie Ecclestone lacht in zijn vuistje en lijft de Oostenrijker in bij zijn Brabham team voor 1978-1979.

Voor James Hunt keerden de kansen eveneens door Lauda’s crash op de Ring en zijn overwinning daar. Winst in Nederland, Canada en de USA hadden hem bovenaan de lijst gebracht. De titel van 1976, in extremis binnengehaald in Japan, zou zijn enige blijven. McLaren gleed weg naar de middenmoot, Hunt reed nog voor Wolf maar trok zich terug in 1979 na talloze zwakke prestaties. Hij zou later nog furore maken als tv-commentator naast de onsterfelijke Murray Walker en zou uiteindelijk lang voor Lauda sterven aan een hartaanval. Lauda keerde zich in 1979 af van de racerij, investeerde in een vlietuigmaatschappij en maakte uit geldgebrek een terugkeer in 1982. Hij maakte een lucratieve deal met McLaren en veroverde in de nadagen van zijn carriere nog een wereldtitel in 1984. Een titel afgesnoept van Prost nota bene! Lauda hoorde dus nog steeds tot de allergrootsten maar hij was verstandig genoeg om jaren later neen te zeggen tegen een wel zeer winstgevend monsteraanbod van Ecclestone zelve om een comeback te maken. Lauda leidt nog steeds zijn eigen luchtvaartmaatschappij, Lauda Air.

Die namiddag van de 1ste augustus 1976 veranderde het lot de levensloop van zowel Lauda als Hunt. Ieder maakte er het beste van, ieder had zijn momenten van glorie en triomf. Het was een verhaal van strijd, moed en heldendom, halvelings met een happy-end. Het was een namiddag die in menig geheugen gegrift blijft staan, racefan of niet.
Er valt een lichte regen. Voor de bloedhete, zinderende zomer van 1976 is 1 augustus een a-typsche dag. Officials bij de Grote Prijs van Duitsland stellen de start nu al een kwartier uit. Om brokstukken uit de annexraces te verwijderen van het circuit, luidde het officiëel. Of om te wachten tot de lichte regen zich verspreidt over de ganse 22 kilometers lengte van de oude Nurburgring.
a:0:{}
Een vooraf gestelde “regenrace” zou heel wat procedure-gedoe uitsparen tegenover een “droge” race die misschien binnen enkele rondes zou overgaan in een regenrace. De verkenningswagen is terug. Het is “go”. De Duitse Grote Prijs gaat van start als regenrace. Enkel Jochen Mass, publiekslieveling nummer 1, start op slicks. Op de eerste rij de challengers voor de wereldkroon: James Hunt en Niki Lauda.

Gedurende de seizoenen 1974 en 1975 had James Hunt zich onderscheiden door samen met het team rond de Engelse Lord Hesketh rechtstreeks vanuit de F3 een frontrunner in de F1 te worden. Na seizoen 1975 ging het team Hesketh financiëel ten onder en bestond de kans dat opstormend talent Hunt aan de kant zou moeten blijven. Hunt besloot een gok te wagen en wachtte af wat Emerson Fittipaldi zou gaan doen. Vaderlandsliefde won het bij Fittipaldi en hij startte het seizoen in het door de Braziliaanse staatsuikerbedrijf gesponsorde team van zijn broer Wilson. Fittipaldi dus naar “Copersucar” en James Hunt kon zich dadelijk verkopen bij McLaren. Eens de reglementsperikelen voorbij waren rond de McLaren M23 vestigde Hunt zich definitief als kanshebber op de wereldkroon.

Na 1966 was Ferrari echt wel aan het slabakken geraakt, op een dusdanige manier zelfs dat de inzet van Ferrari F1 wagens in sommige seizoenen echt zeer summier was. Met de verkoop aan het grote FIAT concern had Enzo zijn kleine bedrijf begin jaren 70 van de financiële verdrinkingsdood gered en de komst van de flegmatieke superster Niki Lauda luidde voor Ferrari weer een gouden tijdperk in. Overwinningen in 1974, de wereldtitel voor “King Rat” (Niki Lauda) in 1975. In 1976 werd op het elan doorgegaan maar McLaren en de nieuwe ster-in-wording James Hunt waren druk op weg het feest te verstoren. Na het aanvankelijke reglementair-politieke gekrakeel van het seizoensbegin (met disqualificaties en puntenherzieningen) was de setting er voor een echte “show down” in de groene hel : de 22 km lange hellerit op de Nurburgring. Lauda verafschuwde de Ring, Hunt “maakte het niets uit”.

Lauda mist zijn start maar ook Hunt laat zich verrassen en het is Regazonni die met de Ferrari aan kop gaat. Tot hij aan de brug van Aremberg voor de neus van het ganse veld rondspint en Hunt de kop overneemt. Ondertussen begint het de meeste rijders te dagen dat regenbanden niet de juiste optie zijn! Hunt remt dus aan het einde van de eerste ronde af richting pitbaan, gevolgde door quasi het gehele veld. Jochen Mass, gaat tot jolijt van 200.000 Duitsers als leider de tweede ronde in met een reusachtige voorsprong. Maar het lot beslist anders en de wedstrijd wordt in de tweede ronde stilgelegd. In het korte, licht oplopende rechte stuk tussen Ex-Muhle en Bergwerk, 10 kilometer in de tweede ronde is Lauda van de baan gegaan, het is chaos alom, de baan is er versperd.

Het is de enige opname die er van bestaat. een amateuropname. Lauda komt uit Ex-Muhle, positioneert zich voor de bocht naar Bergwerk. De Ferrari raakt even de binnenste curb en slaat dan geheel onverwacht de comleet tegengestelde richting in. Het gaat snel en oncorrigeerbaar. De Ferrari klapt tegen de oplopende graskant en stuitert weer op de baan. De benzinetanks vliegen in brand. Edwards komt achterop en ontwijkt de tollende Ferrari, Brett Lunger in de Shadow knalt er frontaal tegen. Een vuurzee, de baan is versperd. Een kleine gestalte komt aangelopen, het is Merzario. Samen met Lunger en Edwards trekt hij Lauda uit de brandende Ferrari. Ze staan tot aan de enkels in gesmolten plastic en brandende benzine. Lauda wordt op veilige afstand gelegd. De reddingswagen komt eraan. In het rijderskwartier worden de wagens startklaar gemaakt. “Licht gewond” klinkt er, “enkele kneuzingen maar hij is OK”. Het tweede deel van de race is Hunt goed weg, Mass haalt geen voordeel meer. Toch wordt de race spannend want het publiek ziet de eerste rechtstreekse confrontatie tussen de “conventionele” McLaren M23 van James Hunt en de zeswielige Tyrrell P34 van Jody Scheckter. Hoe spektaculair het duel ook is, Hunt loopt langzaamaan weg van de Tyrrell en sprokkelt een gezonde 30 seconden voorsprong bij elkaar aan de finish. Ondertussen is weer Merzario gecrasht en ook Peterson, op indrukwekkende wijze aan Flugplatz.

Lauda herinnert zich niets van het ongeval. Jaren later vertelt hij : “Soms nemen journalisten mij mee naar de betreffende plek. Ze willen weten wat ik erbij voel. Niets. Ik herinner mij niets van het ongeval. Mijn laatste herinnering is van de warm-up die middag. Bergwerk is gewoon een stuk circuit van de 22 km circuit op de Ring.” Eén week zweeft Lauda tussen leven en dood. Hij krijgt de laatste sacramenten toegediend, de sacramenten van de stervenden. Zware brandwonden aan gezicht en schedel, breuken aan het jukbeen en de kaak. Lauda is binnengebracht zonder helm. Pas later herinneren Merzario en Lunger zich : Lauda had reeds in de brandende auto geen helm aan. Die was van zijn hoofd gerukt bij de eerste impact. Dat verergerde de zaken want Lauda had onbeschermd de hete gassen ingeademd die vrijkwamen bij de brand : een chemicalién mengsel van brandstof en brandende plastic van de cockpit. Zijn longen zijn daardoor verbrand en vergiftigd. Zij nemen nog nauwelijks genoeg zuurstop op om hem in leven te houden. Des te verwonderlijk is de verschijning van een omzwachtelde Lauda, zes weken later in Monza. Hij rijdt er “zijn” Ferrari naar de 4de plaats. In zijn verduisterde kamer in Maranello wendt de Commendatore zijn blik van de tv af. Onverwacht was zijn terugkeer ook voor Ferrari blijkbaar. Zij hebben de GP van Oostenrijk overgeslagen maar hebben een 2de man gevonden voor de thuis GP in Monza : Carlos Reutemann. Met de terugkeer van Lauda zitten ze verveeld met een surplus aan rijders.

In meer dan één opzicht veranderde de GP van Duitsland in 1976 de loop van de F1 seizoenen. De oude Ring verdween uit de kalender om nooit meer terug te keren. Maanden later zal Lauda de handdoek werpen in de gietende regen aan Mount Fuji. Hunt haalt in een verwarrende race alsnog de derde plaats : hij is kampioen, met 1 punt voorsprong. “De idioot had in het ziekenhuis moeten blijven” denkt de Commendatore. Dat had alles gehad van een held. Crashen, overleven, en toch de morele winnaar zijn van het kampioenschap. Maar nu? Neen, nu heeft heel de wereld gezien hoe Lauda uitstapte, hoe een rijder van de Scuderia gewoon de titel opgaf. “Als je éénmaal in een oven gezeten hebt van 700 graden, dan neem je zulke risico’s niet meer”, zegt Lauda. Het zit de Commendatore hoog! Lauda vergeet dit ook niet! Hij behaalt het daaropvolgende jaar (1977) terug de wereldtitel maar neemt onmiddellijk zijn ontslag. Weer is Enzo Ferrari woest. Rijders gaan niet weg bij de Scuderia : ze worden ontslagen of ze verongelukken. Nooit eerder ging een rijder weg. Enzo Ferrari wil Lauda overreden maar de Oostenrijker noemt zulk hoog loon dat de Commendatore beledigd is. Bernie Ecclestone lacht in zijn vuistje en lijft de Oostenrijker in bij zijn Brabham team voor 1978-1979.

Voor James Hunt keerden de kansen eveneens door Lauda’s crash op de Ring en zijn overwinning daar. Winst in Nederland, Canada en de USA hadden hem bovenaan de lijst gebracht. De titel van 1976, in extremis binnengehaald in Japan, zou zijn enige blijven. McLaren gleed weg naar de middenmoot, Hunt reed nog voor Wolf maar trok zich terug in 1979 na talloze zwakke prestaties. Hij zou later nog furore maken als tv-commentator naast de onsterfelijke Murray Walker en zou uiteindelijk lang voor Lauda sterven aan een hartaanval. Lauda keerde zich in 1979 af van de racerij, investeerde in een vlietuigmaatschappij en maakte uit geldgebrek een terugkeer in 1982. Hij maakte een lucratieve deal met McLaren en veroverde in de nadagen van zijn carriere nog een wereldtitel in 1984. Een titel afgesnoept van Prost nota bene! Lauda hoorde dus nog steeds tot de allergrootsten maar hij was verstandig genoeg om jaren later neen te zeggen tegen een wel zeer winstgevend monsteraanbod van Ecclestone zelve om een comeback te maken. Lauda leidt nog steeds zijn eigen luchtvaartmaatschappij, Lauda Air.

Die namiddag van de 1ste augustus 1976 veranderde het lot de levensloop van zowel Lauda als Hunt. Ieder maakte er het beste van, ieder had zijn momenten van glorie en triomf. Het was een verhaal van strijd, moed en heldendom, halvelings met een happy-end. Het was een namiddag die in menig geheugen gegrift blijft staan, racefan of niet.

Facebook
Twitter
WhatsApp
Email
Print