Tijdens de GP van Brazilië moest Sergio Perez zich tevreden stellen met een vierde plaats en hij beseft dat er uiteindelijk niet veel meer inzat.

De teamgenoot van Max Verstappen reed een verdienstelijke race en deed er alles aan om de Mercedessen het zo moeilijk mogelijk te maken maar uiteindelijk moest hij toch het onderspit delven en viel hij net naast het podium. 

Hij verkocht zijn vel duur aan Lewis Hamilton want de wereldkampioen moest twee pogingen wagen om hem te passeren en bij de virtual safety car had Valtteri Bottas wat meer geluk.

Perez vond het een leuke en spannende middag maar daar is hij naar eigen zeggen niet voor naar Brazilië afgezakt, hij wil presteren.

“Het was spannend vandaag en leuk, maar ik ben hier niet om me te amuseren, Ik ben hier om te presteren,” aldus Perez na de race. “Ik had een goede start en het was heel moeilijk om Lewis achter me te houden. Ik heb mijn best gedaan om hem te volgen maar ik kon niet, hij vloog echt!”

“Daarna reden we twee seconden voor Bottas en we hadden die positie vast maar twee ronden later was er de virtual safety car. Die kwam op een erg ongelukkig tijdstip voor ons en voor hem werkte het perfect, hij deed een undercut en reed vijf seconden weg van ons.”

“Het is spijtig dat we naast het podium grepen maar ik ben er wel in geslaagd om het gat met de Ferrari in de vijfde plaats groot genoeg uit te bouwen en uiteindelijk nog voor de snelste ronde te gaan, dat was erg belangrijk voor het team.”

Perez verbaasde zich net als zijn teambaas over de topsnelheid van de Mercedessen op het rechte stuk. “De topsnelheid van Mercedes is ongelooflijk. We hadden er geen verhaal tegen, ze waren vandaag van een andere planeet.”

“Uiteindelijk is dit een goed resultaat voor ons vandaag. Ik geloof niet dat er veel is wat anders zouden kunnen doen hebben. Het is gewoon jammer want we zouden voor Bottas moeten geëindigd zijn als er geen virtual safety car was geweest.”

“Vandaag stond het geluk niet aan onze zijde maar er zijn nog drie races en alles is nog mogelijk dus we blijven ons best doen. Nu kijken we vooruit naar Qatar en hopelijk zijn we daar competitief.”