Terwijl velen kritiek hebben op het grote aantal stratencircuits dat aan de F1-kalender werd toegevoegd laat Mika Hakkinen weten dat hij fan is.

In de tijd dat Mika Hakkinen zelf nog achter het stuur zat van een F1-bolide waren stratencircuits eerder uitzondering dan regel. Australië, Canada en Monaco stammen nog uit die tijd maar ondertussen hebben ze het gezelschap gekregen van onder andere Azerbeidzjan, Saoedi-Arabië, Miami en in 2023 begroeten we met Las Vegas nog een race op de openbare weg.

Hoewel deze races soms spektakel opleveren is niet iedereen fan. Zo liet Max Verstappen zich al eens ontvallen dat de moderne F1-wagens helemaal niet gebouwd zijn om op te racen op de openbare weg. Tweevoudig wereldkampioen Mika Häkkinen is alvast wel fan, dat vertelde hij aan ‘Top Gear.’

“We weten dat steden zoveel attracties te bieden hebben voor de fans,” aldus de Fin. “Er zijn restaurants, winkelcentra, mooie hotels. De mensen kunnen naar de race kijken vanaf hun balkon.”

“Als mensen in een boot kunnen blijven is dat luxe. F1 is F1, het is een luxewereld en de mensen kunnen genieten van een ongelooflijke sfeer. Dus ik vind racen in de stad briljant.”

“Het biedt ook meer uitdagingen voor de rijders en de teams. Maar weet je, rijders zijn betaald om die uitdagingen aan te gaan en de fans spektakel te bieden.”

Maar Hakkinen vindt ook dat er een gezonde balans moet blijven tussen de stratencircuits en de meer traditionele circuits.

“Niet elke race kan in de stad doorgaan en niet elke race kan buiten de stad doorgaan, er moet dus een balans zijn,” aldus Hakkinen.

“Dat is een kwestie van gezond verstand, je weet dat er op stratencircuits compromissen moeten worden gemaakt. En het is een kwestie van gezond verstand: we weten dat stratencircuits compromissen vereisen, je kunt geen grote gebouwen verplaatsen, je kunt geen enorme heuvels en camber wisselingen in de bochten hebben. Je moet compromissen sluiten.”

“Het leven is hetzelfde. We kunnen niet alles hebben wat we willen.”