Een belangrijke wijziging bij Red Bull Racing. Ondanks het feit dat Honda officieel afscheid heeft genomen van de Formule 1 zullen de Japanners toch nog tot eind 2025 de motoren voor Red Bull blijven bouwen.

Na het officieel afscheid eind vorig jaar was Red Bull volop bezig met het uitbouwen van haar eigen motorafdeling genaamd Red Bull Powertrains. Bedoeling was dat Red Bull in 2022 nog motoren via Honda aangeleverd zou krijgen alvorens Red Bull Powertrains in 2023 definitief de motorafdeling van Honda in eigen beheer zou nemen.

Die plannen zijn nu echter gewijzigd want Red Bull zou nu dan toch gewoon de motoren van Honda blijven gebruiken en dat tot en met 2025, waarna er een nieuw motorreglement ingaat.

“We hebben nu een compleet andere oplossing dan de oorspronkelijke die we voor ogen hadden,” onthulde Dr. Helmut Marko tegenover het Oostenrijkse magazine ‘Autorevue’.

“De motoren zullen tot 2025 in Japan gebouwd worden, wij zullen er helemaal niet aankomen. Het betekent dat de rechten enzovoort gewoon bij de Japanners blijven, wat belangrijk is voor 2026 want dat maakt ons nieuwkomers.”

En daarmee lijkt Red Bull meteen een achterpoortje in het reglement te willen gebruiken want dan zijn ze inderdaad in 2026 een volledig nieuwe motorleverancier in de Formule 1, net als bijvoorbeeld Porsche of Audi dat dan ook zou kunnen zijn.

Daarmee zouden ze van dezelfde voordelen kunnen genieten als de andere ‘nieuwe’ motorleveranciers die in 2026 de grid zouden vervoegen zoals bijvoorbeeld een hoger budgetplafond.

De plotse verandering in aanpak komt er deels door de wereldtitel van Max Verstappen die uiteraard ook voor Honda een groot succes was, maar ook door inderdaad het ‘strategisch’ en ‘financieel’ voordeel dat er in 2026 te behalen valt.

“Door het geweldige succes dat werd behaald zijn ze opnieuw over bepaalde dingen beginnen nadenken. Ze kunnen de batterijtechnologie ook gebruiken voor de elektrificatie van hun wagens,” aldus Marko.

“Het was oorspronkelijk de bedoeling dat ze alleen motoren in 2022 zouden leveren. Nu is het beslist dat ze zullen doorgaan tot 2025, wat uiteraard een erg belangrijk voordeel voor ons is. Het betekent dat we slechts beperkte wijzigingen en calibraties moeten doen.”