Exclusief: Een blik achter de schermen bij Shell tijdens de GP van België

Shell nodigde ons uit voor een uniek blik achter de schermen tijdens de GP van België.
image
En daar moesten we uiteraard geen twee keer over nadenken. Plaats van afspraak was het circuit van Spa-Francorchamps op vrijdag om 9 uur. Een uurtje voor de eerste oefensessie van de GP van België zou starten.

We werden goed ontvangen in de Shell Eau Rouge Hospitality Suite. We bevonden ons in een select publiek want slechts een handvol autosportgerelateerde websites was uitgenodigd.

Na het ontbijt en de kennismaking met de andere websites was het tijd voor de eerste oefensessie. Die konden we gelukkig volgen van op een overdekte tribune naast Eau Rouge. Een prachtig zicht op het circuit, maar helaas weinig F1-bolides op de baan, aangezien het erg hard aan het regenen was.

Na de eerste oefensessie kwam het eerste hoogtepunt van de dag. Marc Gené, testrijder bij het team van Ferrari, kwam langs voor een demo in de F1-simulator. Van de F1-simulator van Shell zijn er drie exemplaren. Het exemplaar dat wij zagen en dat voor allerlei media-evenementen en PR-activiteiten wordt gebruikt. Er is een exemplaar dat bij Shell/Ferrari staat. Het laatste exemplaar staat ten slotte bij Alonso.

Na de demo in de F1-simulator was het tijd voor een interview met Marc Gené en een vragenrondje met het publiek. Daarin ging er uiteraard veel aandacht naar het testwerk dat Shell en Ferrari gemeenschappelijk verrichten. Gené benadrukte nogmaals het belang van de F1-simulator die Shell heeft. “De simulator wordt minstens drie à vier keer per week gebruikt en is enorm belangrijk omdat er steeds minder getest mag worden. Het is het ideale hulpinstrument voor de rijders en teams,” aldus Marc Gené.

Gené blikte ook even vooruit op de race die op zondag werd verreden alsook op de reglementswijzigingen die er zitten aan te komen. Vooral de ontwikkeling van de motor voor 2014 wordt enorm belangrijk. En daarmee komen we naadloos bij het volgende interview dat gepland stond.

Cara Tredget (Technology Manager voor Ferrari bij Shell) en Mattia Binotto (Race engine en assembly Manager bij Ferrari) kwamen ons immers vervoegen om meer uitleg te geven over de nauwe samenwerking die Shell en Ferrari hebben. Tredget liet weten dat er zo’n twee a drie weken voor een race door Shell en Ferrari wordt bepaald met welke brandstof er zal gereden worden. Die brandstof is vandaag de dag enorm belangrijk want het is zowat de enige manier om de motor meer pk’s te laten genereren.

Door de motorbevriezing kan de afdeling van Mattia Binotto de motoren niet zoals vroeger steeds krachtiger maken. De brandstof die Shell ontwikkelt kan nog wel steeds het verschil maken. Ondermeer het efficiënter maken van het verbrandingsproces, meer pk’s uit dezelfde motor halen of de motor zuiniger maken. Het kan allemaal door de Shell brandstof die Ferrari gebruikt. Zo’n twee à drie keer per seizoen wordt er trouwens een serieuze update van de brandstof gedaan. De laatste belangrijke update vond plaats tijdens de GP van Spanje, de thuisrace van Alonso.

Shell ontwikkelt verschillende brandstoffen en stuurt daarvan stalen op naar Ferrari. Daar test men dan in samenspraak met Shell de verschillende stalen en wordt er gekeken of een bepaalde brandstof al dan niet beter kan presteren dan de brandstof die op dat moment wordt gebruikt. Belangrijk hierbij is echter dat Ferrari voor ieder raceweekend een brandstofstaal aan de FIA moet geven. Die test vervolgens of de brandstof conform de richtlijnen en het reglement is.

De brandstof die Shell aan Ferrari levert is trouwens voor 99 procent dezelfde als de Shell V-Power die je zelf kan tanken. Dat wist ook Marc Gené ons te bevestigen. Onderaan dit artikel kan je trouwens nogmaals de video bekijken van de test die Fernando Alonso een tijd geleden deed met de F1-brandstof van Shell en de Shell V-Power.

Even later brachten we een bezoek aan het Shell Track Labo. Dat bevindt zich in de paddockzone van Ferrari. Shell is op dat vlak echt uniek want het is de enige brandstofleverancier dat een volledig mobiel labo naar iedere race meebrengt. In dat Labo legt Cara Tredget ons de werking van het team van Shell uit. Alle medewerkers van Shell dragen trouwens dezelfde kledij als die van Ferrari, dit benadrukt nog maar eens de erg hechte samenwerking tussen beide partijen.

“Het lijkt hier misschien erg klein voor jullie. In vergelijking met de totale ruimte die Ferrari hier krijgt hebben we hier echt wel veel werkruimte. Dat toont ook dat Ferrari ons werk enorm belangrijk vindt. De brandstof in Formule 1 is een van de meest gereguleerde en strikt gecontroleerde brandstoffen ter wereld. We testen de brandstof zo’n 40 keer tijdens een raceweekend. Dit om ervoor te zorgen dat ze op elk moment beantwoordt aan de specificaties en richtlijnen van de FIA. De FIA kan ook op ieder moment een staal opvragen om te testen. Hoe beter je presteert, hoe meer stalen ze opvragen, dus we worden momenteel heel veel gecontroleerd”, aldus Tredget in het Shell Track Labo.

Tredget liet ons vervolgens ondermeer het staal van de olie van de wagen van Fernando Alonso zien. Tijdens de oefensessies had de Spanjaard niet veel gereden, wat ook duidelijk te zien was aan het staal. Carla verduidelijkte vervolgens dat zowel de stalen van olie als brandstof telkens aan de parameters van het moederstaal dat de FIA heeft gekregen moet voldoen.

De redenen dat Shell tijdens een raceweekend zo’n veertig stalen neemt zijn uiteenlopend. Een mooi voorbeeld is echter de introductie van een nieuwe brandstof zoals bijvoorbeeld in Barcelona. Het kan voorvallen dat de testen op de stalen dan niet conform het referentiestaal zijn. Het is immers belangrijk dat de brandstofleidingen enz. goed gereinigd zijn om contamminatie met bijvoorbeeld de oude brandstof te vermijden. Anders kan het team van Ferrari immers gediskwalificeerd worden omdat de testen van de FIA niet overeenkomen met het referentiestaal dat Ferrari aan de FIA heeft afgeleverd.

Ook aan de hand van de stalen olie die Shell van de F1-bolides neemt kan veel geleerd worden. Zo kunnen die stalen veel over de toestand van de motor vertellen. In de stalen met olie wordt immers ook gekeken naar de hoeveelheid deeltjes met legering van de motor die worden aangetroffen. Door het doorgedreven onderzoek dat Shell en Ferrari reeds gevoerd hebben kunnen ze aan de hand daarvan voorspellen wanneer een motor het eventueel zal begeven en wat dus zijn levensduur nog is.

Op dat vlak is er de voorbije jaren veel veranderd, dat liet Mattia Binotto weten tijdens zijn interviewsessie. “Vroeger had je motoren die specifiek voor de kwalificatie waren ontwikkelt en amper 50 kilometer moesten meegaan en zoveel mogelijk pk’s moesten hebben. Het waren letterlijk wegwerpmotoren. Nu hebben we motoren die verschillende raceweekends moeten meegaan.”

Het mag duidelijk zijn: de olie en brandstof van Shell spelen een cruciale rol bij het verwezenlijken van de successen die Ferrari reeds heeft bereikt en nog zal bereiken. Uitgebreid testen zowel in de simulator alsook van de brandstof en olie zelf is cruciaal.

Tegen het einde van de dag mochten we allemaal nog plaatsnemen in de F1-simulator van Shell om zelf te ervaren hoe het is om in een F1-bolide over het circuit van Spa-Francorchamps te scheuren. Een mooi einde van een fantastische dag.

Hieronder nog enkele sfeerbeelden en foto’s van het Shell Track Labo. Onder de foto’s ook nog de video waarin Fernando Alonso de F1-brandstof van Shell vergelijkt met Shell V-Power.

image
image
image
image
image
image
image
image
image
image
image
image
image

VIDEO: Shell F1-brandstof vergeleken met Shell V-POWER:

a:0:{}
Hoofditem op frontpagina
a:1:{s:9:”file_name”;s:29:”shell-track-labo-headline.jpg”;}
Shell nodigde ons uit voor een uniek blik achter de schermen tijdens de GP van België.