Red Bull-rijder Sebastian Vettel zal komend weekend voor het eerst gebruik mogen maken van de verstelbare achtervleugel die men voor 2011 ontwikkelde.
Het is geen nieuwe uitvinding, de beweegbare achtervleugel dateert al van 1979. Jochen Rindt en Graham Hill kende er echter beide incidenten door, waardoor het later verbannen werd. Wel staat vast dat ze nu wel al voor verwarring zorgt.

Laat ons nog maar eens beginnen bij het begin. U kan er komend weekend maar best niet op rekenen dat uw favoriet na elke bocht zijn achtervleugel gaat instellen voor het rechte stuk dat op komst is. De FIA staat slechts op op voorhaand bepaalde plaatsen van het circuit een nieuwe instelling toe. Tijdens de GP van Australië mag elke rijder bijvoorbeeld zijn achtervleugel handmatig beïnvloeden op het rechte stuk van start-finish.

Maar niet alleen de plaats bepaalt waar je het mag gebruiken, ook is er een regel die zegt dat je op minder dan een seconde van je voorligger moet zijn om het te mogen gebruiken. In Australië is het meetpunt voor die tijd te bepalen, vastgelegd in de derde laatste bocht. En daar knelt nu het schoentje volgens Vettel.

“Stel dat ik op iets meer dan een seconde lig van een voorligger bij de derde laatste bocht, maar dat ik in de laatste twee bochten voor start-finish toch weet dichterbij te komen op mijn voorligger tot op minder dan een seconde. Ook dan verbiedt de huidige regel mij om het systeem te gebruiken. Kan er iemand mij dat eens proberen uit te leggen?”

In China en Maleisië zouden er minder problemen zijn, daar is het meetpunt vastgelegd in de laatste bocht voor het rechte stuk.

a:0:{}
Gewoon nieuwsitem
a:0:{}